De evolutie van het Windsurfen

“Het eerste begin is altijd moeilijk, in de zomer van 1980 ben ik op een Sainval Vecteur S gestapt, een ABS board van 370 met klapvin en ABS zwaardje. Een driehoek zeiltje met drie steunlatjes, grootte 6.7m2, een polyester mast 460 en een alu-giek 270 complementeerden de set.”

“Op naar de Costa Brava en leren surfen, maar wauw wat viel dat tegen. Na 3 weken als vergevorderde de Grote Wielen getrotseerd, juist naar de overkant kwam ik wel, maar niet terug (windkracht 6). Oei, oei de lokale club PZV de Wielen moest met een motorbootje uitrukken om mij terug te halen en al snel volgde de vraag: kom je les nemen? Gosh, dit voelde als een klap in het gezicht, desondanks snel lid geworden en mij opgetrokken aan de lokale topsurfers, waarvan een aantal dudes in de NOPO wedstrijden voeren en zelfs tot de nationale subtop behoorden. Snel volgde in het najaar het eerste funboard met een klokachterzijde en een kleiner zeiltje, dit was geen succes en alle ontwikkelingen op dit gebied gelaten voor wat ze waren.”

“PZV de Wielen richtte zich, met toen reeds meer dan 400 actieve leden, sterk op het nationaal doorbreken en dus in navolging van de overige leden de overstap gemaakt naar de Divisie II, een rondbodem: Ten Cate Win, een volledig hol polyesterboard met houten zwaard en meerdere mastposities. Het driehoek zeil bleef; echter het doek (Dacron) werd vervangen door kevlar verstevigde laminaten, er kwamen aluminium masten op de markt met verschillende buigcurves, gevolgd door 6,8m2 zeilen met verschillende dieptes voor verschillende wind gradaties.”

“De rondbodems waren zeer fragiel en zwak, al snel werd geëxperimenteerd met Honeycomb, Epoxy, Aramide, Carbon, Borium, Piepschuim (allerlei dichtheden en gewichten) en wat iets meer zei. De jaren 70/ 80 van de vorige eeuw waren zeer experimenteel en er werden veelvuldig custom boards ontwikkeld vanuit de particuliere garage. Iedereen was professional op zijn eigen merkwaardige manier, op het water kwam je naast de Divisie I en II productieboards een veelvoud aan eigen bouwsels tegen, een geweldige periode in de surfindustrie en de Holland Surf Poule.”

“Begin 90-er jaren veranderde de markt en de vraag, o.a. werden de raceboards geïntroduceerd, boards die snel aan planeren, vanwege hun enkel of dubbel concaaf bodem met een lange Mastrail en carbon zwaard, G10 vinnen. De US Box maakte plaats voor o.a. de Tuttle Box, waardoor het varen op de vin een stuk stabieler werd en de snelheden naar boven de 45km/h gingen.”

“De zeilgrootte ging naar 7,5 en 9,0m2, de eerste hybride alu-carbon gieken (Lufthansa) kwamen op de markt, evenals carbon masten t/m 550. Vanwege de Friese Elfstedensurftocht dwongen we onszelf hybride boards te bouwen, semi-race/ rondbodems en na Europees Kampioen Tandem te zijn geworden op de Engadin in Zwitserland moest ook deze discipline omarmt worden met tot gevolg een 6,50 meter lange rondbodem tandem onder het dak in de garage. Ook hierbij bleef het niet de KNWV wilde een Nederlander afvaardigen naar de Malta-Sicilië Race en dus moest er in navolging van de Chiemsee Marathon een “Stam” komen, een superlichtweer ‘boomstam’ ronde, rondbodem. Afmetingen: 5,00 meter lang, >25cm hoog (dik), <58cm breed, volume >400ltr., zeilen 12 t/m 14m2, mastlengten 670 – 700.”

“Betere materialen, stijver, sterker en betrouwbaarder leiden tot betere prestaties en hogere snelheden, die het wedstrijdelement ten goede kwamen. Tevens konden veel zwaardere weersomstandigheden het hoofd geboden worden en konden we veel vroeger aan planeren. De slalomboard markt kreeg door deze nieuwe materialen eveneens een geweldige boost, er kwamen als maar meer boards tussen de 265 en 330 lengte bij (volume 75 t/m 135ltr).”

“De focus lag nog op lengte en veel minder op breedte, er werd gewerkt met diverse concaaf bodems, van cut outs hadden we nog niet gehoord. De zeilen werden van diverse soorten cambers voorzien, er werd druk geëxperimenteerd met masthoesbreedtes/ dieptes en de zeilen raakten volledig doorgelat, waarbij de achterlijk spanning met bandjes versteld kon worden.”

“Eind 90-er jaren werd een nieuwe discipline aangekondigd: Formula, deze loste de Divisie I - II en Raceboards “voorgoed” af. Starboard introduceerde een lichtweer race kanon, al snel schoten we door van boardbreedtes 85 naar 100, met zeilen 9,0 naar 12,5m2. Carbon viel niet meer uit de markt weg te denken en al snel volgden extreem lange vinnen 63/ 65/ 70/ 84-cut 70 en werden vin prijzen bekend van US$ 1.600,- per vin. Heel even werd een indoorcircuit opgezet o.a. in Bercy, Frankrijk; echter hoe grandioos ook, windsurfen in een basin met kunstmatige wind was geen lange toekomst beschoren.”

“De jaren 2000 – 2010 werden in alle windsurf disciplines gedomineerd door materiaalontwikkelingen en dominantie in de wedstrijdsport van bekende namen, die als maar ouder werden en niet wensten te wijken voor jongere generaties. O.a. het speed surfen kreeg een nieuwe injectie, er werd een speed kanaal in Zuid Frankrijk gegraven en er ontstonden asymmetrische vinnen. Echter onze sport werd bedreigd door nieuwe watersporten, zoals het kiten en al snel werd de eerste foil geïntroduceerd rond 2017.”

“Een foil onder het board, Kite Foilen/ Windsurf Foilen en als jongste telg het Wing Surfen. Nieuwe disciplines, nieuwe board shapes, nieuwe zeilen en wings vereisen diepere wateren, nieuwe ervaringen en experimenten, minder materiaal, een enorme kans voor de jeugd om al jong tot de (inter)nationale top door te dringen. Desondanks lijkt het ouderwetse board windsurfen te overleven, o.a. vanwege de vele oudere jongeren/ herintreders en de modernisering van de boards, zeilen, vinnen, gear. De slalomboards zijn veel korter geworden, een stuk breder (220-235/ 58-85), de zeilen veel lichter en stabieler, evenals de masten en de gieken. Dus, blijf/ ga Windsurfen, Kite Surfen, Wing Surfen, met of zonder Foil.”

Ga naar Funsport Makkum en laat je voorlichten door de specialist.

Dick Hoekstra

NED 26